Skip to content

Ballenlijnen

Bij ballenlijnen wordt er onderscheid gemaakt tussen ballenlijnen voor zwemgebieden en ballenlijnen voor op groot, open water. Het verschil hierin zit hem in de grote van de drijvers. Voor openbare zwemgebieden wordt vaak de 200mm drijver geadviseerd. Deze zijn vanaf een paar honderd meter goed zichtbaar. . 
 
Bij grotere lengtes kan deze tot 2.5 meter gaan. Er kan natuurlijk voor worden gekozen om deze afstand kleiner te maken waardoor de zichtbaarheid van de lijn toeneemt. 
 
Om er voor te zorgen dat een ballenlijn goed hanteerbaar blijft, is het advies om vijftig ballen per lijn te gebruiken.
 
In de vaarwegmarkering wordt de kleur geel gebruikt om een op zich zelf staand gevaar of een gebied aan te geven. 
 
Het verankeren van een ballenlijn kan op verschillende manieren worden gedaan.
  • De ballenlijn wordt met uiteinden aan elkaar bevestigd
  • De ballenlijn wordt aan palen bevestigd
  • De ballenlijn wordt aan de bodem bevestigd